Plots stonden ze daar te rammelen aan de poorten van twee iconen uit het Nederlandse bedrijfsleven: Unilever en AkzoNobel.

Soep- en zeepconcern Unilever wist de avances van het Amerikaanse Kraft Heinz (die van de ketchup) nog netjes af te wijzen, maar om aandeelhouders te behagen heeft Unilever wel besloten om de margarines van Becel en BlueBand – de bakermat van het concern – de deur uit te doen.

Bij verf- en chemiebedrijf AkzoNobel lijkt de buitenlandse interesse uit te draaien op een bikkelhard gevecht om de toekomst van deze Nederlandse multinational. Akzo’s Amerikaanse belager PPG zint mogelijk op een vijandig bod.

Dat grote Amerikaanse bedrijven kijken naar groei via buitenlandse overnames is niet heel vreemd. De dollar is de afgelopen jaren sterker geworden ten opzichte van de euro en de rente is extreem laag, waardoor bedrijven goedkoop kunnen lenen.

Nederlandse bedrijven als overnamehapjes

Uit een prognose van adviesbureau BakerMcKenzie blijkt dat de belangstelling voor Nederland verder gaat dan topbedrijven zoals Unilever en AkzoNobel. Op een ranglijst van ‘attractiviteit’ van landen voor overnames staat Nederland in het rapport op plaats vier in de wereld, achter Hongkong, Singapore en Zwitserland.

Het gaat dan om de relatieve aantrekkelijkheid van landen voor buitenlandse investeringen via overnames op grond van indicatoren voor de economische groei, de omvang van de economie, kredietrisico's, openheid voor handel, gemak van zakendoen en regulering.

Onderstaande grafiek, samengesteld door databureau Statista voor Business Insider Nederland, geeft het verwachte transactievolume van overnames voor de komende jaren, respectievelijk voor Nederland en Duitsland.

De oranje balkjes zijn de binnenlandse fusies en overnames en de blauwe balkjes geven overnames weer door buitenlandse partijen. Te zien is dat BakerMcKenzie relatief veel activiteit in Nederland verwacht.

Zo rekent het adviesbureau in 2018 en 2019 op buitenlandse overnames in Nederland met een waarde van respectievelijk 48 miljard dollar en 47 miljard dollar. Voor Duitsland ligt de schatting in die jaren op 71 miljard dollar en 74 miljard dollar.

Deze verschillen tonen aan hoe gewild Nederland lijkt te zijn: het verwachte overnamevolume in Duitsland is minder dan twee keer zo groot ten opzichte van Nederland, terwijl de Duitse economie pakweg vijf keer zo groot is als de Nederlandse.

LEES OOK: Deze 10 bedrijven bepalen bijna alles wat je eet en drinkt